|
Ibrahim
Tunc
Alias: Abraham Tunc, Abraham Beth Arsan, Abrohom Beth
Arsan
Het Reformatorisch
Dagblad is een Christelijke dagblad. Het is daarom erg jammer en vreemd
dat deze vrome Christenen zich laten spannen voor het karretje van de
heer Tunc om zijn ,,Assyrianisatie" campagne te promoten en te
verheerlijken.
Hieronder treft U aan
enkele artikelen verschenen van de hand van Ibrahim Tunc.
Reformatorisch Dagblad: 29-7-2003
Assyrische
christenen blij met nieuwe regering Irak
De Assyrische Syrisch-Orthodoxe christenen in Nederland
-circa 40.000 leden- zijn dezer dagen blij verrast door de
berichten uit Irak, schrijft Abraham Tunc. Ze zijn niet blij met
de huidige chaotische situatie, maar wel met het feit dat de
Assyrische christenen voor het eerst in de afgelopen 2500 jaar
erkend worden als een etnische minderheid in Irak.
Irak blijft de gemoederen bezighouden. Het was in de
afgelopen maanden weer gewoon oorlog in Irak. Vreemd genoeg is
dit voor Irak-kenners geen nieuws meer, want dit is eigenlijk al
4000 jaar het geval. Irak heeft in de afgelopen eeuwen bijna
altijd oorlog gekend. De duizenden Assyrische christenen in
Nederland hebben dit aan den lijve ondervonden. Ze zijn gevlucht
voor de zoveelste oorlog en zochten in Nederland een veilig
onderkomen. Veel namen
Het land heeft vele namen gekend; Sumerië, Akkad, Assyrië,
Babylonië en Mesopotamië. Begin vorige eeuw is het land Irak
genoemd en misschien dient het rijtje aangevuld te worden met
een nieuwe naam: het land der oorlogen.
Nergens in de wereld is zo veel strijd geleverd. Zo zijn in
de afgelopen twintig jaar maar liefst drie bloedige oorlogen
gevoerd. Voormalig Assyrië voerde tussen 1980-1988 een bloedige
oorlog met Iran, waarbij miljoenen mensen om het leven kwamen.
In 1989 bezette Saddam Koeweit, waarna de VS het land van de
emir te hulp schoten. En de recente oorlog wipte Saddam
eindelijk van zijn troon af. Maar dit is slechts een
fractie van het totaal aan oorlogen in Irak. De wetenschappers (assyriologen)
die de historie van dit land bestuderen, onder andere aan de
Universiteit Leiden, vertellen de leken dat het huidige Irak ook
in de vroegere eeuwen het epicentrum van de conflicten vormde.
Een greep uit de grote oorlogen in Irak in de verleden tijd:
De Perzen en de Meden vallen in 612 v. Chr. Assyrië aan en maken
een einde aan de Assyrische Rijk, het grootste rijk dat de
wereld tot op heden gekend heeft.
De Perzen genieten niet lang van hun overwinning, want de
Grieken onder leiding van Alexander de Grote stormen Mesopotamië
binnen en brengen rust en orde in de regio. Ook de
Grieken kunnen niet de baas blijven in het huidige Irak; de
Romeinen komen naar het Midden-Oosten en verleggen hiermee de
oostgrenzen van het Romeinse Rijk verder richting de Oriënt.
Met de komst van de islamitische (Turks-)Ottomanen wordt het
land van Saddam een onderdeel van een groter Ottomaans Rijk en
dit duurt tot het begin van de vorige eeuw. De Engelsen
brengen nu op hun beurt een bezoek aan het Midden-Oosten en
koloniseren jarenlang het huidige Irak.
Zoals in de rest van de wereld, komt de lokale bevolking in
opstand tegen de kolonisten en worden de Engelsen gedwongen een
einde te maken aan hun bezetting van Irak. De grenzen van het
huidige Irak zijn hiermee een feit. Het lijkt dus alsof
er een vloek rust op dit land. Het overzicht van de conflicten
in Irak en de grote groep vluchtelingen in Nederland tonen toch
nog niet de werkelijkheid van dit land.
Beschaving
Paradoxaal genoeg heeft het land tussen de twee rivieren de
Eufraat en de Tigris ook een ander gezicht: het huidige Irak
wordt door dezelfde hiervoorgenoemde wetenschappers beschouwd
als de bakermat van de beschaving. Dus simpel gezegd: Als enkele
duizenden jaren geleden de Assyriërs en hun voorouders niet de
basis hadden gelegd voor onze huidige beschaving, zouden Tour de
France-liefhebbers waarschijnlijk niet kunnen fietsen. Of wij
zouden nu geen auto kunnen rijden.
Het wiel is namelijk door de bewoners van Mesopotamië uitgevonden. En als
de huidige Irakezen duizenden jaren geleden het spijkerschrift
niet hadden uitgevonden (de voorloper van het huidige alfabet),
zouden de lezers van het Reformatorisch Dagblad hun krant niet
eens kunnen lezen! Verder staan het British Museum in Londen,
het Louvre in Parijs en het Berlijns Museum bol van voorwerpen
uit de archeologische beschaving van het huidige Irak. In Leiden
is er een kleine afdeling over de rijke beschaving van voormalig
Assyrië. Het grootste museum staat gelukkig nog steeds in Irak
zelf. Het museum voor oudheden in Bagdad was heel even in het
nieuws door de plunderingen die er plaats hadden gevonden.
Achteraf bleek het gelukkig mee te vallen, veel archeologische
schatten werden door het alerte personeel zelf in veiligheid
gebracht.
Christenen
Nergens in Europa worden de ontwikkelingen in ”het land der
oorlogen” zo nauwlettend gevolgd als door de grote groep
christelijke Assyriërs in Twente en de rest van Nederland. In
Twente woont de grootste concentratie Assyriërs van Europa:
circa 20.000. In het huidige Irak wonen nog steeds ruim 2
miljoen volksgenoten. Na de Arabieren en de Koerden vormen de
Assyrische christenen de grootste groep van het land. Het nieuws
via de televisiezender CNN en vooral via Al-Jazeera en andere
media wordt dan ook door de Nederlandse Assyriërs met veel
belangstelling gevolgd. De ontwikkelingen in Irak zijn dagelijks
aan erosie onderhevig. In het begin leek het alsof Saddam de
tegenstanders in een lange oorlog zou verwikkelen. Later dachten
de winnaars de oorlog gemakkelijk gewonnen te hebben en dus het
land simpel onder controle te hebben. De afgelopen dagen
blijkt dat de VS zich verkeken hebben op het verzet van vooral
de conservatieve islamitische bewoners van het land. De
aanslagen op de Amerikaanse soldaten nemen met de dag toe.
Hierdoor werden de VS gedwongen een interim-regering te vormen.
Deze regering diende een afspiegeling te zijn van de
verschillende groeperingen van het land: de twee Arabische
stromingen, de Koerden, de Assyrische christenen en de Turkmenen.
In Nederland werd de beslissing van de Amerikanen om
eindelijk een voorlopige regering te vormen met gejuich
ontvangen door de Assyrische christenen. In de interim-regering
worden namelijk voor de eerste keer na de val van het Assyrische
Rijk in 612 voor Chr. de Assyrische christenen als etnische
minderheid erkend. In deze regering neemt Yonadam Hanna
deel namens de Assyriërs. De heer Hanna is een oude bekende van
de Assyriërs in Nederland. In de afgelopen jaren is Hanna
herhaaldelijk in Nederland geweest om zijn volksgenoten te
bezoeken en te informeren over de situatie in Irak.
Voor de Nederlandse Assyrische christenen geeft de beslissing
van de Amerikanen, ondanks de chaotische toestand van het land,
hoop voor de toekomst. Voor de Assyrische christenen die
jarenlang in Twente en de rest van Nederland geduldig en
geweldloos actief zijn geweest en zich inzetten voor terugkeer
naar hun vaderland, is met de vorming van de nieuwe regering
onverwachts een droom werkelijkheid aan het worden. De politiek
geëngageerde Assyriërs in Nederland maken dezer dagen bij wijze
van grap van hun hart geen moordkuil en spreken zich openlijk
uit over de terugkeer naar het oude Assyrië met de woorden: „See
you next year in Nineveh.” De auteur is freelance
journalist.
|
Reformatorisch Dagblad: 15-8-2003
Assyrisch christen: Mijn grote zorg is m’n
zoon in Bagdad
Abraham Tunc
OLDENZAAL - Na de Arabieren en Koerden vormen de
Assyrische christenen de grootste etnische minderheid in het
land van Saddam Hussein. In tegenstelling tot de andere groepen,
krijgen deze oorspronkelijke bewoners van Irak weinig of geen
aandacht van media en politiek. Een gesprek met een van hen.
De rust in het huis van de Assyrische familie Sarawani, in
Oldenzaal, staat in schril contrast met de situatie van de rest
van de familie in Bagdad. In Oldenzaal geniet Semsun Sarawani
sinds 1994 van de rust die de Twentse stad hem en zijn vrouw
biedt. „Ook al is het hartje centrum, wij hebben niet te klagen.
Het is erg vredig in Oldenzaal en zeker in ons
appartementencomplex”, zegt Sarawani. „In Bagdad heeft mijn zoon
de afgelopen maanden en jaren wel andere tijden meegemaakt. De
huidige chaos en de vele bombardementen tijdens de oorlog
bezorgden hem slapeloze nachten.”
De nu 78-jarige Sarawani kwam in 1993 na een zwerftocht via Noord-Irak en
het Turkse Istanbul terecht in een asielzoekerscentrum in
Schemert, bij Haarlem. Hier bleef hij elf maanden, waarna hij
naar Oldenzaal mocht vertrekken. Sindsdien woont hij met zijn
vrouw pal tegenover winkelpromenade de Vijfhoek, in het centrum
van de stad.
De rest van zijn gezin woont verspreid in Europa en de VS. In
België woont een dochter en in Duitsland verblijft een zoon. In
de VS wonen twee zoons en een dochter. „Mijn grote zorg is mijn
zoon in Bagdad en de rest van de familie. Het is nog erg
onrustig”, zegt Sarawani. Regelmatig belt hij zijn zoon in de
Iraakse hoofdstad. „In de wijk waar hij woont, is
telefooncontact mogelijk. Nog steeds is hij bang voor leden van
het Ba’ath-regime en durft hij niet echt vrijuit te handelen en
te praten.” Behalve de telefoongesprekken met zijn zoon volgt
Sarawani het nieuws via CNN, Al-Jazeera en de BBC. In
Twente wonen zo’n 20.000 Assyrische christenen. In heel
Nederland wordt hun aantal geschat op 40.000. In Irak vormen de
Assyrische christenen na de Arabieren en Koerden de grootste
etnische minderheid. Hun aantal bedraagt naar schatting ongeveer
3 miljoen zielen.
De Assyrische christenen hebben, net zoals andere groepen,
veel geleden onder het regime van Saddam Hussein. Vanwege hun
geloofsovertuiging stonden zij zwak. Sarawani: „Duizenden
Assyriërs zijn tijdens de oorlog met Iran omgekomen. Ook in de
eerste Golfoorlog zijn veel van mijn volksgenoten slachtoffer
geworden. Vele duizenden hebben in de afgelopen dertig jaar het
land verlaten. Alleen al in de VS wonen circa een half miljoen
Assyriërs uit Irak.” Hij spreekt van een vlucht zonder
einde. „Wij zijn een volk zonder een eigen land en dat betekent
altijd vluchten. Ook mijn vader was een vluchteling. Hij moest
tijdens de Eerste Wereldoorlog zijn stad en huis verlaten. Mijn
familie woonde tot de Eerste Wereldoorlog in het huidige Turkije,
in de stad Van. Tijdens de oorlog zijn 2 miljoen Assyrische en
Armeense christenen afgeslacht door het toenmalige
Ottomaans-Turkse regime. Mijn vader overleefde gelukkig deze
slachting en vertrok naar Bagdad.”
Zelf prijst de Oldenzaler zich gelukkig dat hij het regime
van Saddam heeft overleefd. „In 1992 ben ik samen met drie
vrienden aangehouden door de wrede geheime dienst. Na drie dagen
werd ik vrijgelaten. Maar mijn vrienden heb ik helaas nooit meer
gezien. Zij zijn door die beesten van Saddam geëxecuteerd.”
Na zijn vrijlating raadde een buurman hem aan te vertrekken.
Deze buurman was ook lid van de geheime dienst. „Ik heb snel
mijn huis verkocht en ben naar Nederland vertrokken.” Het eerste
wat hem bij aankomst opviel, was de vriendelijkheid en
behulpzaamheid van de politie. „Vergeleken met de geheime
diensten van Saddam zijn de agenten hier duiven.”
Sarawani was niet de enige die voor Nederland heeft gekozen.
Duizenden Irakezen zochten hier in de afgelopen tien jaar hun
heil. Nu Saddam niet meer aan de macht is, wordt een terugkeer
naar hun land voor velen een realistische overweging. Gaat
Sarawani ook terug?
„Terug? Ik ben vrij oud geworden. De mensen uit Irak hebben veel geleden.
Wij moeten eerst zien en dan geloven. Het is nog te chaotisch in
het land. Maar ik ben echt erg blij met de val van Saddam. Dat
ik dit nog zou meemaken, was voor mij onwerkelijk. En dat ik als
oude man de lijken van de twee zonen van Saddam nog op tv zou
zien, is niet te geloven. De misdaden die zij op hun naam hebben,
kan ik moeilijk beschrijven. Ik heb met mijn eigen ogen gezien
hoe handlangers van Uday meisjes meenamen om door hem verkracht
te worden.”
De christen-Irakees heeft er duidelijk moeite mee over de
misdaden van het regime te praten. Hij schaamt zich bijna als
hij over de handelingen van Uday spreekt. „Het is heel goed dat
Bush dat wrede regime eindelijk ten val heeft gebracht. En ik
geloof net als Bush dat Saddam chemische en nucleaire wapens
heeft. Saddam kan dingen goed verbergen.”
Erg vindt hij het dat in het Westen zo veel mensen hebben geprotesteerd
tegen het Amerikaanse ingrijpen in Irak. Volgens de gevluchte
Irakees zullen de Amerikanen uiteindelijk rust en orde brengen
in het land. „Wat wij nu in Irak zien, is maar tijdelijk. Het
komt goed. En de Amerikanen zullen ook Saddam pakken. De
Irakezen zullen hem zelf aangeven, net zoals dat het geval was
met zijn twee zoons.” |
Reformatorisch Dagblad: 30-11-2004
Assyrische
christenen gedood in Syrië
Abraham Tunc
DAMASCUS - Het geweld tegen minderheden in
Syrië zet zich voort. Begin dit jaar waren de Koerden het
slachtoffer, nu blijkt dat midden vorig maand de Assyrische
christenen aan de beurt waren.
Op 16 oktober 2004 zijn twee Assyrische
christenen, Brahim Abrahim en Yahkup Yalda, in de stad Hassake
door leden van de Syrische geheime dienst op gruwelijke wijze om
het leven gebracht. Hierna zijn ruim veertig Assyriërs door de
geheime dienst aangehouden. Een Assyrische arts was
ooggetuige van de gebeurtenis. „Leden van de geheime dienst in
burgerkleding hebben eerst Brahim Abrahim fors mishandeld. De
man werd daarna door de straten van de stad gesleurd en tijdens
de tocht op straat werd de christen demonstratief met een kogel
in de mond doodgeschoten”, aldus de arts, die zijn naam niet
bekend wil maken uit angst voor represailles. „De andere
Assyrische christen, Yahkup Yalda, wilde zijn volksgenoot
helpen. Ook hij werd fors geslagen. Hij is aan zijn verwondingen
in het ziekenhuis bezweken.”
Na de dood van Yalda hebben duizenden
Assyriërs in de stad geprotesteerd tegen het geweld en vanwege
het feit dat de daders niet zijn gepakt. De Syrische geheime
dienst bedwong daarop de demonstratie en ruim veertig Assyriërs
zijn zonder enige klacht aangehouden. Van hen zitten nog steeds
ongeveer twintig personen vast. Volgens de arts begonnen
de problemen met het in brand steken van de winkel van Brahim
Abrahim door een Arabier. Abrahim ging naar de politie om
aangifte te doen. Ondanks dreigementen van de daders wilde hij
zijn klacht niet intrekken. Daarom is hij vermoord”, aldus de
arts.
De berichten uit Syrië hebben de aandacht van
de Nederlandse politiek getrokken. Zo zijn er Tweede-Kamervragen
gesteld aan minister Bot van Buitenlandse Zaken. Hem is
gevraagd, mede omdat Nederland EU-voorzitter is, contact te
zoeken met de Syrische autoriteiten en te vragen naar de
omstandigheden waaronder mensen in Syrië gevangen worden
gehouden.
Volgens Attiya Tunc, statenlid voor de PvdA in de provincie Overijssel en
van Assyrisch afkomst, is de situatie van haar volksgenoten in
Syrië niet al te best. „Ik ben dit jaar nog in Syrië geweest en
heb toen een gevangenis bezocht. Vorige week heb ik telefonisch
contact gehad met vrienden en kennissen in het land. De recente
moorden, de onderdrukking van de demonstratie en de aanhouding
van tientallen Assyriërs laten zien dat het regime in dit land
niet van plan is om op korte termijn de mensenrechtensituatie te
verbeteren. Ik maak me dan ook zorgen over de situatie van de
gevangenen.”
Tunc zegt uit ervaring te weten dat
gedetineerden flink gemarteld worden in Syrië. „Met mijn
gedachten ben ik dan ook bij deze mensen, die nu vreselijk
mishandeld worden. Aan een buitenstaander is het heel erg
moeilijk uit te leggen hoe de situatie in de gevangenissen in
Syrië is. De huisvesting van gedetineerden in Syrië is in ieder
geval veel slechter geregeld dan de onderkomens van de dieren in
Artis en Burgers’ Zoo in Arnhem.” |
Reformatorisch Dagblad: 11-10-2005
Assyrische christenen worden in Iran
gediscrimineerd
Abraham beth Arsan
TEHERAN - De Islamitische Republiek Iran is
voortdurend in het nieuws. Op dit moment gaat alle aandacht uit
naar de nucleaire activiteiten van het land. De wereld lijkt
daarom even te vergeten dat Assyrische christenen er in
toenemende mate worden gediscrimineerd.
Via zogenaamde democratische verkiezingen heeft onlangs in
Iran een machtswisseling plaatsgevonden. De uiterst islamitische
conservatieve Mahmud Ahmadinejad heeft de verkiezingen gewonnen
en neemt de plaats in van de gematigde Mohammed Khatami. De
Assyrische christenen ervaren de gevolgen van deze
machtswisseling inmiddels reeds aan den lijve.
De Assyrische christenen vormen, samen met Armeniërs, joden
en zoroastrianen, een kleine groep christenen in het land. De
enige Assyrische parlementariër, Yonathan bet Kolia, werd bij de
laatste parlementsverkiezingen voor de tweede keer namens de
Assyriërs gekozen. Hij hoopt, tegen beter weten in, dat onder
leiding van de nieuwe president een commissie zal worden gevormd
uit alle minderheden, die zodoende invloed zou kunnen uitoefenen.
De rol van de christelijke parlementariër is omstreden. Hij
probeert wel van betekenis te zijn voor zijn volk, maar moet
steeds rekening houden met de geheime diensten die in naam van
de islam vrij spel hebben. Loyaliteit aan het gezag is voor een
christen namelijk een vereiste om zich parlementariër te mogen
noemen. Tijdens een onlangs door de Assyriërs georganiseerd
cultureel festival noemde hij Iran een democratische staat, waar
de Assyriers alle vrijheid hebben. Daarmee gaf hij zijn dubbele
politieke positie aan.
Volgens de in Nederland wonende Iran-kenner Attiya Tunc,
statenlid in de provincie Overijssel, die recent terugkeerde uit
Iran, is de positie van de christelijke Assyriërs en van andere
minderheden minder rooskleurig dan het parlementslid doet
voorkomen. „Toen Khatami aan de macht was, constateerde ik dat
de situatie voor de christenen ongunstig was, maar de christenen
waren desondanks blij met hem. Dat tijdperk is nu voorbij.”
Mevrouw Tunc maakt korte metten met het democratische gehalte
van het land: „Ook in de afgelopen jaren was een christen een
ongelovige, die bijvoorbeeld in de werksfeer nooit de baas mocht
zijn van een moslim. Daarom is voor christenen een functie in
het onderwijs, in de gezondheidszorg, bij de politie of in het
leger vrijwel onmogelijk. Het gevolg daarvan is dat bijvoorbeeld
hoogopgeleide Assyriërs zonder werk zitten.”
Volgens de Assyrische econome Ishtar hebben hoogopgeleide
Assyrische christenen maar twee mogelijkheden in de Islamitische
Republiek Iran: „We kunnen ervoor kiezen om het land te verlaten,
of om als economen, artsen, ingenieurs en advocaten genoegen te
nemen met een lagere functie. Vaak worden wij door werkgevers om
onduidelijke redenen afgewezen; soms wordt het ook hardop gezegd:
„Jouw christelijk geloof is voor ons een probleem.”
Behalve dat de godsdienstdiscriminatie tot veel werkloosheid
leidt onder de christelijke Assyriers, zijn er andere vormen van
discriminatie die de christenen in Iran het leven moeilijk maken.
Zo betaalt een christen die bij een auto-ongeluk betrokken raakt
meer schadevergoeding aan een moslim dan andersom. Ook boeren
hebben last van discriminatie: hun producten worden door
islamitische groothandels niet gekocht, waardoor hun fruit en
groente waardeloos is. „Wij kunnen onze producten voor veel
lagere prijzen verkopen, maar dat doen we niet. Ik laat het
liever verrotten”, zegt een boze Assyrische boer.
De hoogste leider van de Assyrische Kerk, patriarch Mar
Dincha, heeft Khatami in het verleden herhaaldelijk gewezen op
deze discriminatie van zijn geloofsgenoten. Khatami beloofde de
patriach steeds betere tijden. Uiteindelijk zorgde hij ervoor
dat de Assyriërs weer op de universiteiten werden toegelaten. „Maar
een universitair diploma halen en vervolgens werkloos blijven,
heeft weinig zin”, zegt Ishtar.
Met de komst van de nieuwe conservatieve president hebben
veel christenen het laatste beetje hoop verloren. „Sinds de
nieuwe president aan de macht is, bezoekt de politie alle
winkels om te controleren of we de kledingvoorschriften wel in
acht nemen”, vertelt de christelijke winkelier Lina in Teheran.
Lina woont nog steeds in Teheran. Maar inmiddels hebben
duizenden van haar geloofsgenoten Iran verlaten. Een joodse
organisatie in Teheran zorgt op dit moment voor de nodige
papieren. Daarmee kunnen christenen voor 3000 dollar een
Oostenrijks visum krijgen. Vanuit Wenen vertrekken de
christelijke Assyriërs naar de Verenigde Staten, waar ze een
nieuwe toekomst kunnen opbouwen. Ze laten Lina en de rest
eenzaam achter |
|
|